DICK SWAAB: “MET STRAFFEN KUN JE ENORME SCHADE TOEBRENGEN”
 
 
Met Wij zijn ons brein ontsloot Dick Swaab de resultaten van het moderne hersenonderzoek voor een groot publiek. Zijn boek is een verkoopsucces, maar vormt ook aanleiding tot veel discussie. Swaab: “Als het brein niet goed is ontwikkeld, heb je pech gehad.”

Hij was zelf ook verbaasd over het verkoopsucces. Dick Swaab: “Toen ik 45 jaar geleden begon met hersenonderzoek, maakte dat mij verdacht. Nu is het brein ‘in’. De wetenschapsbijlagen van de kwaliteitskranten staan vol artikelen over hersenonderzoek. De jaren zeventig zijn definitief voorbij.”
Toch klinken er ook kritische geluiden. Zo zou Swaabs wereldbeeld wel heel deterministisch zijn. En in hoeverre maken de inzichten van modern hersenonderzoek niet elke dader tot een slachtoffer van zijn brein? Swaab blijft laconiek onder deze kritiek. “Of iemand in een impuls een moord beging of dat willens en wetens plande, interesseert mij niet. Waarschijnlijk speelt in beide gevallen een stoornis. Ik heb wel eens betoogd dat iedereen ontoerekeningsvatbaar is.”

De onderzoeker onderscheidt karakter en gedrag. “Ons karakter ontwikkelt zich tot het vierde jaar. Daarbij zijn onder meer van belang de genetische achtergrond van de ouders, of de moeder tijdens de zwangerschap rookte of alcohol dronk, of de placenta goed functioneerde en of er in de levensjaren voldoende warmte en veiligheid was.” Dat karakter leidt tot een bepaald gedrag. “Als in vroege ontwikkeling iets is misgegaan, waardoor bijvoorbeeld de prefrontale cortex (het gebied dat het impulsieve gedrag afremt en de morele kaders handhaaft) niet goed functioneert, heb je pech gehad. Je zit dan met problemen voor de rest van je leven. Hooguit kun je proberen het ongewenste gedrag een beetje bij te slijpen.”

Kunnen we op basis van die kennis ook voorspellen of een kind op latere leeftijd met justitie in aanraking zal komen? Swaab: “Dat lijkt mij in principe mogelijk. We kennen de genetische factoren die in belangrijke mate risico’s met zich meebrengen. Ik pleit ervoor die kinderen en hun ouders vroeg te begeleiden. Onderzoek laat zien: hoe vroeger je gedrag beïnvloedt, des te effectiever het is.”

MacNaughton
Een deel van de mensen met ‘slecht ontwikkelde’ hersenen komt in aanraking met justitie. En dan doet zich een interessant vraagstuk voor. In 1843 kwam de MacNaughtonregel tot stand, genoemd naar de geesteszieke man die dat jaar een moordaanslag deed op de Britse minister-president. Deze zaak legde de basis voor de gedachte dat het strafrecht niet van toepassing is op mensen met een hersenziekte.

Swaab: “Toch zitten ook Nederlandse gevangenissen vol met mensen met een psychiatrische of neurologische ziekte. Met het woord volgen we de MacNaughton-regel, maar in de uitvoering komt daar niets van terecht.” Maar valt per definitie niet iedereen die met justitie in aanraking komt onder die regel, als we Swaabs boek mogen geloven? “Elk normafwijkend gedrag zetelt in de hersenen, natuurlijk. Waar zou het anders moeten zitten? Net als het normconforme gedrag, trouwens.” Toch begrijpt Swaab wel waarom deze mensen toch in de gevangenis terecht komen. “Straffen is om drie redenen noodzakelijk voor de maatschappij. In de eerste willen we dat iemand die de regels overtreedt een tik op de vingers krijgt. In de tweede plaats moeten we onszelf beschermen. En in de derde plaats hopen we dat straf de kans op recidive vermindert. Zeker in de eerste twee gevallen kun je je afvragen of het er werkelijk toe doet dat iemand een gestoord brein heeft.”

Geschreeuw
Maar heeft dat derde aspect – de kans op recidivevermindering – wel zin als iemands hersenen op een bepaalde manier zijn aangelegd? Swaab lacht. “Die eenvoudige vraag kan niemand beantwoorden, want de effectiviteit van straffen wordt niet op een gecontroleerde manier onderzocht, zoals we dat bijvoorbeeld voor geneesmiddelen wel doen. Ik vind dat een grote tekortkoming.” Swaab maakt zich daarbij zorgen over de negatieve effecten van straffen. “Je moet erop beducht zijn dat je met een straf niet een opleiding verstoort. Ook moet je pubers niet opsluiten met beroepscriminelen, die ze het vak leren. Zo kun je enorme schade toebrengen.”

Swaab meent dat sommige personen absoluut onbehandelbaar zijn. Bij andere groepen ligt dat complexer. Hij wijst bijvoorbeeld op de piek die je ziet bij jonge mannen die met justitie in aanraking komen. “Onderzoek laat zien dat testosteron in de puberteit enorm veel invloed heeft op de hersenen. Daardoor gaat ongeveer een derde van de jongeren over de schreef, ze moeten met de nieuwe chemische samenstelling van hun brein leren omgaan. Pas tussen het 20e en 24e levensjaar rijpt de frontale cortex, dan zie je ook dat conflictueuze gedrag afnemen. Als ze nu door justitie zijn gestraft, zorgde die tik op de vingers dan voor een aanpassing in hun gedrag, of het natuurlijk beloop van dit gedrag? Laat me het onderzoek maar eens zien waarin men het eerste aantoont.”

Met zijn pleidooi om daders (ook) te zien als product van hun aanleg, gaat Swaab recht tegen de tijdgeest in. “De maatschappij schreeuwt om meer, zwaarder en erger straffen. De politiek laat zich door dat geschreeuw leiden, in plaats van het in goede banen te leiden. Dat ik nu iets zeg dat politiek niet goed ligt, weet ik. Maar daar heb ik wel meer last van gehad, en dat zal mij niet tegenhouden.”

© Remco van Rijn, juli 2011


omhoog

Share


Dick Swaab

Dick Swaab

opdrachtgever
Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie (NIFP)

datum
juli 2011

links
> www.nifpnet.nl



Meer lezen?
> Overzicht van artikelen
> Boeken en publicaties
> De Supersonische Boem



Creative Commons License
Op alle teksten op deze site is een Creative Commons Licentie van toepassing.